DeletedUser16774
Gast
Post: 6
Personage: Roos
Plaats: Thayes
De volgende ochtend werd Roos lekker dicht tegen Arthur aan wakker. Arthur was al wakker en hij genoot ervan om naar haar staren, terwijl hij haar omhelsde. Wat zag ze er toch prachtig uit. "Goedemorgen", zei hij. "Goedemorgen, Arthur. Ik houd van je", antwoordde Roos. Zo bleven ze daar nog een tijdje liggen, want ze waren hun houding nog niet beu. Toen ze wat wakkerder waren en minder lui begonnen ze elkaar rustig te zoenen.
Uiteindelijk besloten ze om op te staan. "Kom mee, Roos, dan gaan we beneden ontbijten!" zei Arthur. Roos knikte. Nadat ze zich hadden omgekleed, wou Roos op Traels deur kloppen, maar Arthur pakte haar hand en zei: "Laat hem maar, ik denk dat hij moe is. Hij wilt vast uitslapen." Toen het koppel beneden kwam, was de herbergier vreemd genoeg nergens te bekennen. "Vreemd," zei Roos, "maar ach, hij wilt vast ook eens een keertje uitslapen. Jij hebt vast geen eten bij?" "Ehm, Trael heeft wel wat brood en zo meegenomen, maar het is beter dat we die niet wakker maken. We zullen wel ontbijten in een café verderop", antwoordde Arthur. Om er wat sneller te geraken, drukte Roos op een knop, waardoor haar schip naar hen vloog om hen op te pikken. Toen Roos en Arthur naar het schip overgebracht waren door een straal, beval Roos het schip om naar een café te vliegen waar ze konden ontbijten. Tijdens de reis van zo'n twee minuten sliep ze nog even half op Arthurs schoot, want ze was geen ochtendmens. Arthur kuste haar ook graag op haar hoofd.
In het café at Roos een donut met een warme chocomelk. Arthur dronk ook een warme chocomelk, maar at een suikercroissant. Hij vroeg wel aan de ober of hij een mes en choco kreeg, want zo smaakte de croissant veel lekkerder. Na het lekkere maal (en afgerekend te hebben) stonden Roos en Arthur recht, pakten elkaars handen vast en keken elkaar liefdevol in de ogen. "Ik moet nu gaan en jij moet terug naar de herberg om zo met Trael verder te trekken. Zie ik je vanavond nog kort?" "Is goed", zei Arthur. Ze wisselden elkaars gebruikersnamen en wachtwoorden uit van een app, waarmee ze elkaar konden opsporen. Enkel zij konden dit doen, want voor de opsporing moest je je vingerafdruk laten scannen. Roos bracht Arthur nog vlug terug naar de herberg en gaf hem een lange zoen, die veel te kort leek. "Tot vanavond, ik houd van je!" "Ik houd ook van jou!"
Personage: Roos
Plaats: Thayes
De volgende ochtend werd Roos lekker dicht tegen Arthur aan wakker. Arthur was al wakker en hij genoot ervan om naar haar staren, terwijl hij haar omhelsde. Wat zag ze er toch prachtig uit. "Goedemorgen", zei hij. "Goedemorgen, Arthur. Ik houd van je", antwoordde Roos. Zo bleven ze daar nog een tijdje liggen, want ze waren hun houding nog niet beu. Toen ze wat wakkerder waren en minder lui begonnen ze elkaar rustig te zoenen.
Uiteindelijk besloten ze om op te staan. "Kom mee, Roos, dan gaan we beneden ontbijten!" zei Arthur. Roos knikte. Nadat ze zich hadden omgekleed, wou Roos op Traels deur kloppen, maar Arthur pakte haar hand en zei: "Laat hem maar, ik denk dat hij moe is. Hij wilt vast uitslapen." Toen het koppel beneden kwam, was de herbergier vreemd genoeg nergens te bekennen. "Vreemd," zei Roos, "maar ach, hij wilt vast ook eens een keertje uitslapen. Jij hebt vast geen eten bij?" "Ehm, Trael heeft wel wat brood en zo meegenomen, maar het is beter dat we die niet wakker maken. We zullen wel ontbijten in een café verderop", antwoordde Arthur. Om er wat sneller te geraken, drukte Roos op een knop, waardoor haar schip naar hen vloog om hen op te pikken. Toen Roos en Arthur naar het schip overgebracht waren door een straal, beval Roos het schip om naar een café te vliegen waar ze konden ontbijten. Tijdens de reis van zo'n twee minuten sliep ze nog even half op Arthurs schoot, want ze was geen ochtendmens. Arthur kuste haar ook graag op haar hoofd.
In het café at Roos een donut met een warme chocomelk. Arthur dronk ook een warme chocomelk, maar at een suikercroissant. Hij vroeg wel aan de ober of hij een mes en choco kreeg, want zo smaakte de croissant veel lekkerder. Na het lekkere maal (en afgerekend te hebben) stonden Roos en Arthur recht, pakten elkaars handen vast en keken elkaar liefdevol in de ogen. "Ik moet nu gaan en jij moet terug naar de herberg om zo met Trael verder te trekken. Zie ik je vanavond nog kort?" "Is goed", zei Arthur. Ze wisselden elkaars gebruikersnamen en wachtwoorden uit van een app, waarmee ze elkaar konden opsporen. Enkel zij konden dit doen, want voor de opsporing moest je je vingerafdruk laten scannen. Roos bracht Arthur nog vlug terug naar de herberg en gaf hem een lange zoen, die veel te kort leek. "Tot vanavond, ik houd van je!" "Ik houd ook van jou!"