• Gegroet, sterveling! Nieuw op het forum?
    Als je wilt deelnemen aan het forum heb je een forumaccount nodig. Registeer er snel een! Heb je al een forumaccount? Dan kun je hier inloggen.

[RPG] Castaway

Status
Niet open voor verdere reacties.

DeletedUser14965

Gast
xap4rn.jpg


Het kletteren van het zeewater in de ondiepe baai brengt een rustgevende sfeer met zich mee. De donkere, onheilspellende wolken in de lucht beginnen weg te trekken en nadat de krijsende meeuwen zich weer in het luchtruim begeven, lijkt het erop dat de storm is gaan liggen. Maar James Morgan kijkt alles behalve vrolijk. Hij en een paar anderen hebben de ramp dan wel overleefd, maar Morgan weet dat het avontuur nog lang niet voorbij is. Want waar zijn ze? Is dit Indonesië? India misschien? Nee, dan zouden ze wel heel erg uit koers zijn geraakt. En ze waren nog lang niet bij Madagaskar, dus dit moet een eiland ergens halverwege de Indische Oceaan zijn.
Morgan wordt uit zijn gedachtegang weggetrokken door het zien van een krat dat op het strand ligt. En terwijl de groep bij elkaar komt op het strand, rent Morgan van hun weg. Verbaasd kijken ze hem na, maar nadat zij ook zien waar de kapitein naartoe gaat, rennen ze hem enthousiast achterna. De enorme steek in zijn buik negerend rent hij naar het krat. Die pijnt doet er nu even niet toe. Want als daar datgeen in zit wat hij hoopt dat erin zit, zal hun verblijf op het eiland een stuk makkelijker worden.
Eenmaal bij het krat aangekomen, doet hij zijn uiterste best de planken waaruit het krat bestaat los te breken. Hij negeert alle pijn die door zijn lichaam raast, maar hij is te uitgeput om het krat te openen. Een andere schikbreukeling schiet hem te hulp en samen openen ze het krat. En bij het zien van de inhoud, wil Morgan een gat in de lucht springen. Maar zijn verwondingen houden hem echter op de grond.
De andere schipbreukelingen komen uiteindelijk ook bij het krat. ,,Wat is het?” vraagt een van hen. ,,Een survivalpakket,” antwoordt Morgan, terwijl de ander handige hulpmiddelen eruit haalt. Tenten, veldflessen, gedroogd voedsel en een setje vuurstenen. Een voor een verschijnen deze objecten uit het krat. De flessen en het voedsel worden verdeeld onder de groep. Morgan neemt bezit van het mes. ,,Er is genoeg voedsel en drinken voor ons allemaal,” zegt Morgan, ,,Laten we hier op het strand ons kamp opslaan.” De groep stemt in en binnen enkele uren zijn alle tenten opgezet. En nadat het hout van het krat heeft kunnen drogen in de zon, wordt er met behulp van de vuurstenen een kampvuur van gemaakt. Net op tijd, want het begint al snel donker te worden.

Tegen de avond komt de groep tot stilstand. Ze zitten om het kampvuur en nemen voorzichtig happen van het gedroogde voedsel. De smaak is niet al te best, maar het is behoorlijk voedzaam en na een middag hard werken zijn de lege magen niet zo kieskeurig. Nadat de gesprekken stil beginnen te vallen, neemt James Morgan opnieuw het woord: ,,Beste allemaal, hartelijk bedankt voor jullie inspanning vandaag. Ik heb geen idee wat we allemaal zullen beleven, maar één ding weet ik zeker,” Morgan staat op van het zand en verheft zijn stem, ,,Wij zullen van dit eiland afkomen!” De groep juicht hem toe. De stemming verbetert en de gesprekken tussen de schipbreukelingen komen weer op gang. Plotseling wordt hun spreken weer onderbroken doordat Morgan met een doffe klap op het zand valt. Daar duikt hij ineen door de verschrikkelijke steken in zijn buik. Een van de schipbreukelingen schiet de klappertandende en rillende kapitein gelijk te hulp. Hij brengt Morgan dichter bij het vuur voor de warmte en het licht. Daar ziet hij dat er een enorme bloedvlek op het pak zit, al half opgedroogd. Snel ontdoet hij de kapitein van zijn colbert. Hij schrikt bij zien dat er grote splinters hout in de buik van Morgan zitten en door diens hemd steken. Na wat bemoedigende woorden aan Morgan geeft zijn helper hem een stuk hout waar Morgan op kan bijten en trekt vervolgens de stukken hout voorzichtig uit Morgans buik. De kapitein kermt van de pijn en zijn tanden knarsen op het hout, maar hij houdt zich stoer. Na een paar minuten in hel zijn de stukken hout uit zijn buik verwijderd. De schipbreukeling bekijkt de wond en haalt opgelucht adem bij het zien dat de wond schoon is. Vervolgens scheurt hij een reep van Morgans colbert af om de wond ermee in te binden.

De volgende dag worden de schipbreukelingen één voor één wakker. Sommigen zijn enthousiast en hebben zin in het verkennen van het eiland terwijl anderen er tegenop kijken. Nadat iedereen zich om het nog half brandende kampvuur heeft verzameld, komen ze er achter dat er twee mensen missen. Een daarvan is de kapitein. Twee personen halen vervolgens de gewonde Morgan uit zijn tent. Buiten merken ze echter dat de gezondheid van James er sterk op achteruit is gegaan. Het kampvuur wordt weer aangewakkerd en Morgan wordt erbij gelegd. Hij heeft niet eens de kracht om zelf overeind te blijven zitten, maar krijgt van zijn helper alle aandacht.
Plotseling komt een jongeman het kamp binnengerend. Hij heeft korte, blonde haren en is erg snel. De groep is nu weer compleet. ,,Ik wilde alvast even joggen op het strand, toen ik zag dat er nog meer kratten liggen,” roept de jongeman, Arthur Coller genaamd, opgetogen, ,,En verderop ligt zelfs een scheepswrak!” De groep wordt meegenomen in zijn enthousiasme en wil gelijk de boel verkennen, maar Morgan komt ineens overeind en roept: ,,Wees voorzichtig!” Zijn schorre stem is nauwelijks te horen, maar de hele groep heeft toch zijn aandacht op hem gevestigd. Na een paar keer kuchen gaat hij verder: ,,Het zou kunnen dat in één van die boxen…” Morgan wordt onderbroken door zijn eigen gekuch. Hij probeert zijn zin te hervatten, maar het gekuch wordt steeds luider en heftiger. Morgan krimpt daarbij ineen. Uiteindelijk komt hij tot rust. Het hoesten stopt, maar daarbij ligt Morgan wel bewegingloos op het zand. Dezelfde eilandgenoot als gisteravond schiet de kapitein te hulp en merkt dat de kapitein nog ademt. Hij legt Morgan op zijn rug en ondersteunt zijn hoofd. Morgan begint weer te ademen. ,,Een box… moet je niet openen…” hijgt Morgan, ,,Heel… gevaarlijk…” Met die woorden eindigt Morgan te ademen. Morgan’s pols wordt vastgepakt en de schipbreukeling voelt of er nog een hartslag is, terwijl de groep gespannen afwacht. Uiteindelijk schudt hij, zonder iets te zeggen, teleurgesteld zijn hoofd.

Dus, jullie zijn op het strand. Jullie hebben een kamp en vuur en genoeg eten en drinken. Een mooie basis om verder mee te kunnen. Dit spel draait echter niet om genoeg slaap en eten en drinken te krijgen. Je mag in jouw verhaal dit wel aandacht geven doordat je personage eten verzamelt. Maar dit hoeft niet.
Zoals op de kaart ook al is aangegeven liggen er een paar boxen. De box bij het kamp is al geopend, maar er zijn er nog genoeg waar nog wat in zit. Ik raad jullie aan om dit allemaal te verkennen, maar onthoud wel de waarschuwing van de kapitein.
Veel succes!
 
Laatst bewerkt door een moderator:

Araluen

Manticore
Naam: Davion
Locatie: in het bos, vlakbij het strand
Inventaris: -

In zijn slaap maakt Davion alles een tweede keer mee.
Terwijl alles heen en weer schudde, hield hij zich vast aan het bed. Zijn Knieën schuurden over het ruwe tapijt. Er had een luide kraak geklonken, maar het besef dat er iets mis was ontstond pas toen de nu gebroken stoel waarop hij zat tegen de muur aan knalde. Nu zat Davion in zijn kamer te bedenken wat hij het beste kon doen.
Er klonk nog een kraak. Davion stond moeizaam op en strompelde nauwelijk zijn evenwicht bewarend naar de deur. Hij trok hem open en greep zich buiten vast aan de marmeren reling die voorkwam dat hij in de zee zou vallen. In de verte klonk geschreeuw en een stuk dichter bij klonk donder. Het schip begon zich nu naar links om te hellen. Wat er voor Davion op neer kwam dat hij steeds dichter bij het water kwam. Nu echt in paniek probeerde hij terug te komen in zijn kamer. Hij draaide zich om en greep naar de deurkruk. Meteen viel de deur naar buiten open, zodat Davion over de natte vloer tegen de reling aan kwam. Het duizelde voor Davions ogen toen een bliksemschicht hem een moment de gelegenheid gaf om verder dan 3 meter te kunnen kijken. Het schip stond in een vreemde hoek hoog boven hem uit.
Plots zakte het schip een stuk naar beneden, waardoor Davion losliet. Hij schoof onder de reling door naar de kolkende zee. Zijn poging om de reling vast te pakken werd beloond met een blauwe plek op zijn elleboog en hij viel maaiend met zijn armen richting het water.
 
Laatst bewerkt:

RabbidRobin

Ex-Teamleider Forum
Naam: Fabian de le Torteilla
Locatie: Bij(Of onder) het schip.
Inventaris: Niets

Fabian schrikt wakker, zijn arm doet zeer en iets zwaar drukt zijn borstkas naar beneden. Hij probeert iets te zien, maar het is zo donker dat er geen verschil is met zijn ogen open of toe. Hij probeert zich wat te draaien, maar het pijnlijke gevoel in zijn arm schiet weer toe en hij slaagt een luid gekreun. Hij verroert zich niet en probeert zijn situatie in te schatten. Hij is in slaap gevallen in het achtersteven van het schip, onder het dek van het schip. En nu ligt hij hier, onder iets, met een verwonding aan zijn arm. Voor de rest lijkt heel zijn lichaam nog wel mee te werken, alles reageert een beetje versuft en trager, maar hij was erger gewend. Zijn kleren zijn doorweekt, en op de achtergrond hoort hij het kalme gegons van de golven die op een strand inslaan. Hij huivert, ze waren ergens aan land, zouden ze hem ontdekken, dan zouden ze ze iets ergs met hem doen, hij was tenslotte een dief en een inbreker. Hij probeerde weer op te staan, maar een stekende pijn in zijn borstkas houdt hem tegen. Hij wordt door het onbekende gewicht steviger tegen de houten ondergrond geduwd. Hij probeert het uit te schreeuwen, maar zijn longen krijgen daar niet genoeg zuurstof voor. Boven hem verschuift iets, het gewicht komt nu nog meer op hem terecht. Hij zou hier sterven, machteloos, geplet onder een of ander object, samengeperst. Iets houtig valt naar beneden, het houten deksel van een vat valt kletterend op zijn gezicht. Hij voelt de wrange smaak van bloed en het deksel rolde alweer weg. Hij hoort het rollen en hoort hoe het iets later tot stilstand komt en neervalt op de ondergrond. Daar is een opening. Met veel pijn, gekermd verschuift hij zijn goede arm van onder zijn lichaam naar de richting waar het deksel heen was gerold. Er is een open ruimte, hij heeft geen idee hoe maar in zichzelf bedankt hij stiekem zijn beschermheilige. Zo goed als hij kon sleept hij zichzelf voort met zijn goede arm richting de open ruimte. Hij voelt het gewicht schrapen over zijn armoedige kleren, over zijn borstkas. Een stuk van zijn vel wordt eraf geschraapt. Hij verliest bijna het bewustzijn van de hevige pijn. Maar toch moet hij voort, hij trekt zich helemaal tot op het veilig stuk. Het gewicht komt maar net tussen zijn beide benen terecht, die nu in een heel vervelende positie stonden. Toch kan hij niet anders, hij voelt hoe het onderbewustzijn het van hem overneemt en laat zich meevoeren in een roes, die hopelijk de pijn verlichtte en hem enige hoop tot overleving geeft.
 
Laatst bewerkt:

DeletedUser

Gast
Naam: Dan Lewis
Locatie: Water
Inventaris: Niets

Enkele uren voor het heden:
Hij had nog steeds niks gezien. Hangende aan een groot stuk hout, trappelde Dan Lewis met zijn benen voort, de oceaan over trekkend. Geen teken van leven, nergens! Hij was zomaar wakker geworden op een groot stuk hout vannacht. Hij nam zich voor nooit meer slaappillen te nemen, want het is toch niet zo veilig als hij dacht. Zelfs door de vermorzeling van het schip was hij heen geslapen. Misschien had hij er ook geen hand vol moeten nemen. Maar hij had zoveel problemen, en hij zou anders nooit in slaap kunnen vallen! Terwijl hij zichzelf ervan probeerde te overtuigen of hij nu wel of niet die pillen moest blijven gebruiken, begon hij aan de horizon iets te zien. Het leek een rookpluimpje, of iets dergelijks. Het was in ieder geval iets! Hij bleef door trappelen, met hernieuwde moed. Hoe lang zou hij al aan het trappelen zijn? Enkele uren? De vorm aan de horizon werd groter. Het leek wel een eiland of iets dergelijks!

Het heden:
Eindelijk kon hij weer staan. Vaste grond onder zijn voeten. Hij liep door het water heen, en liet zich op het strand vallen. Hij had het overleeft. Toen hij weer wat op krachten was gekomen, keek hij om zich heen. Het eiland leek verlaten, op het eerste gezicht, maar toen hij nogmaals om zich heen keek zag hij de rookpluim weer, die hem ook richting het eiland had gelokt. Hij begon die kant op te lopen. Eigenlijk was het meer wankelen, want Dan was er niet zonder kleerscheuren afgekomen. Zijn knieën voelden beurs aan, zijn hoofd bonkte, en hij had een gemene snee over zijn voorhoofd heen lopen. Hij hoopte dat het vuur van andere schipbreukelingen was. Straks was het een of ander raar volkje die hem de nek om wil draaien! En zo wankelde hij verder...
 

DeletedUser10508

Gast
Naam: John Deragio
Locatie: Het (onbekend) eiland
Inventaris: Noppas

John begreep er niets van. Nog geen dag geleden zat hij te headbangen op het liedje Run to the hills van Iron Maiden, en nu ligt hij met vuile, kapotte kleren op een eiland. Zelfs zijn nieuwe Sabaton t-shirt was niet gespaard, en in plaats van "heroes" las je nu "hero". Hij probeerde recht te staan, maar voelde zich allesbehalve goed. De zon verblindde hem ondanks de zon al zeer laag stond, en het zand verbrandde zijn voeten. Hij moest snel achter overlevingsmiddelen zoeken, al dan niet een schuilplaats voor mogelijke gevaarlijke dieren. John begon richting het westen te stappen, huppelen, zelfs lopen. Het zand werd met elke stap warmer en warmer, totdat John besefte hoe dom hij er wel niet uit zag. Hij liep op het warme strand, terwijl er naast hem nat, koud zand is, die continu een verfrissing door de zee krijgt. Snel stapte John over naar het natte zand, en kon zo op een rustiger tempo richting het westen lopen.

Minuten, uren,... John kon niet zeggen hoe lang hij al aan het stappen was. Echter was de zon nu onder aan het gaan, en had John snel een schuilplaats nodig. Tot zjn verbazing zag hij in de verte een licht... het was niet de zon. Uit nieuwsgierigheid begon hij sneller te stappen, dat concludeerde tot lopen. Eens hij dicht genoeg was om een deftige zicht te krijgen, zag hij dat het een kamp was. Hij was niet de enigste overlevende!
 

RabbidRobin

Ex-Teamleider Forum
Naam: Fabian de le Torteilla
Locatie: Bij(Of onder) het schip.
Inventaris: Niets

Fabian ontwaakt alweer stilletjes uit zijn bewusteloze slaaptoestand. Het duurt enkele tellen voordat hij terug helemaal bij bewustzijn komt, maar een stekende pijn doet hem algauw uit zijn sluimertoestand komen. Hij probeert zich uit te rekken, om te kijken of hij nog plaats heeft maar beseft helaas dat de holte waar hij in was gekropen, verkleind was. Hij voelt zich benauwd, als hij hier claustrofobie had gehad, was het zijn einde geweest. Echter heeft Fabian geen schrik, hij was al veel tegengekomen in zijn korte leventje, maar elke gebeurtenis maakte hem sterker, deed hem leven. Net zoals deze gebeurtenis. Hij schrok niet terug, maar verkende net zijn kleine omgeving. Hij stoot ergens tegen, het lijkt een zwak materiaal. Een stuk hout, hij beukt enkele keren hard op het materiaal, maar krijgt uiteindelijk toch geen beweging in het hout. Hij zucht, en denkt ondertussen na wat zijn volgende stap zou zijn. Hij beseft dat zijn benen slapen en hij daar onmogelijk beweging in kon krijgen. Fabian brengt zijn handen naar beneden, zijn benen waren er nog, en veel bloed was er niet. Ze waren gewoon aan het slapen, stelt hij zichzelf gerust. Hij beukt nog enkele keren op het stuk hout, toen een straal zwak licht verscheen. Na al die tijd in het blinde, maakt het hem bijna blind. Hij wacht een minuut of vijf, totdat het licht uiteindelijk zichtbaar is, het was niet echt heel fel, eerder als het licht van een ondergaande zon. Hij beseft dat hij snel moet zijn, als hij nu hier niet uit geraakt, doofde de zon als een lamp en zat hij hier nog een dag vast. Hij beukt steeds harder op het hout, zijn vuisten zitten onder het bloed en de houtsplinters. Beetje bij beetje maakt hij het gat in het stuk hout groter en groter. Hij kan er nu zijn vuist doorsteken en begint algauw, gulzig als een houtworm, steeds meer hout te verwijderen. Echter wordt het stilaan nacht, het licht was nu bijna helemaal verdwenen, Fabian blijft achter in de duisternis. Hij roept doorheen het gat, maar enkel een schuwe echo laat hem daar alleen achter. Een traan rolt van zijn hand, pas toen beseft Fabian dat hij alleen is. In al die jaren, was hij ondanks zijn armoede nooit alleen geweest. Echter nu, was hij alleen, op een eiland, vast en ingesloten. Geen mens om hem heen.
 
Laatst bewerkt:

DeletedUser

Gast
Naam: Pablo Da Silva
Locatie: Kamp 1
Inventaris: Helemaal niks

Langzaam, met pijn in zijn hele lichaam werd Pablo wakker. Hij stond op en keek even om zich heen. ''Waar ben ik? Wat is er gebeurd?''
Toen wist hij het weer: Gister had het schip schipbreuk geleden. Hij was wakker geworden op het strand. Zijn kleren waren doorweekt en er zaten witte plekken op van het zout. Hij dacht even na, stond op, en wankelde op het strand, op zoek naar anderen. Hij liep en liep, maar zag niks. ''Ga ik hier dan dood?'' ging telkens dood zijn hoofd. Maar toen... In de verte zag hij een groep mensen ! Pablo herkende een paar mensen van het schip, de rest had hij nog nooit gezien.
Samen met de groep gingen ze aan het werk, er moest heel wat gebeuren wilden ze overleven op dit eiland. Tenten moesten gebouwd worden, eten moest gevonden of gemaakt worden, ze moesten ook nog water zoeken, want ik de kist zat niet genoeg, enz. Pablo maakte kennis me de rest van de groep, en zag in dat het hele aardige mensen waren. Het dieptepunt was natuurlijk de dood van de kapitein: Morgan. Wie zal de groep nu leiden? Wie wordt nu de baas? Dat moesten ze maar later beslissen. De groep had heel de dag hard gewerkt, en tegen de avond was het kamp al heer ver.
Maar Pablo was zo moe, dat hij in het strand viel, en niets meer kon doen. Langzaamaan viel hij in slaap, een hele diepe slaap.

Nu was hij wakker, stond met veel pijn en moeite op, en zag dat de rest nog sliep. Pablo ging toen aan de slag met het zoeken van water, maar had niks gevonden. Ook had hij een paar kisten gezien, maar hij durfde die niet open te maken na de waarschuwing van Morgan.
Wel had hij de scheepswrakken die hij kon dragen/slepen, naar het kamp gebracht, het is namelijk mooi brandhout of ze kunnen er voorwerpen mee maken.

E: Sorry voor de verleden tijd...
Volgende verhalen zullen wel in de tt zijn.
 

DeletedUser21911

Gast
Naam: Rashid Al Farran
Locatie: het strand
Inventaris: /

Eindelijk komt de zon op. Rashid wordt langzaam wakker. Het duurt eventjes voordat hij doorheeft wat er precies is gebeurd en waar hij zich bevindt. Hij grijpt naar zijn broekzak en komt er achter dat zijn Blackberry weg is... "Oh nee, wat nu?" Rashid weet niet wat hij nu moet doen, de anderen zoeken of op zichzelf overleven. Na een tijdje besluit hij toch maar op het strand af te wachten, hopend op een voorbij varend schip. Zonder succes. En dan ineens herinnert hij zich weer iets, hij heeft gisteravond met de groep bij het kampvuur gezeten. "Waarschijnlijk een paar slokken teveel rum op", denkt hij. Hij besluit het strand te verlaten en richting het bos te gaan, op zoek naar het kamp. Dan ineens dringt het tot hem door, zijn accessoires had hij gisteravond nog...
 

DeletedUser20542

Gast
Naam: Rob Kempberg
Locatie: Op de boot
Inventaris: Nogal leeg

Nog net op de boot
Ineens kwam het. De storm. Met golven van hier tot Madagascar. Leek wel handig. Een enkele golf en de bestemming is bereikt. Maar zo simpel was het niet. De golf ging de foute kant op. Hij kwam ongetwijfeld helemaal uit Madagascar, maar hij ging ergens anders naartoe. De hele bevolking van de cruise was in paniek. Tot zover dan maar de relaxte vakantie. Hoe zou het zijn met het gezin, veilig thuis? Hij wou er niet aan denken. En daar was ook geen tijd meer voor. Een flits verblindde iedereen, en menigeen viel flauw. Rob viel mee.

Op het eiland
Ondanks alles schijnt er iets formidabel toevallig goed gegaan te zijn. Want Rob ligt de volgende ochtend niet op de bodem van de zee, maar op een stukje boot en een eiland. Wat een verrassing. En hij schijnt niet de enige te zijn. Rond Rob verschijnen nog wat andere beduusde gezichten. Waaronder dat van de kapitein, die Rob aan het begin van de reis nog had gesproken.

Na een tijdje zijn de meeste overlevenden - het zijn er niet zo veel - weer helder. Wat overheerst is paniek en angst. Niemand weet wat, waar, hoe en alle andere dingen. Maar er moet niet worden stilgezeten. Ook dat betekent dood.

Die avond is er een survivalpakket gevonden en een kampvuur gemaakt. James Morgan is gewond. Dat is ook de volgende ochtend zo. Iedereen is bezorgd. Zeker als een andere reiziger andere kisten ontdekt schijnt te hebben, en de kapitein misschien wel zijn laatste woorden uitspreekt. Iets van 'Niet openen. Gevaarlijk.' Brabbeltaal, of harde waarheid? Dat is nog niet zeker. Wel zeker is dat er hier een aantal mensen zijn die allemaal willen overleven. En dat zal gebeuren.
 

DeletedUser22652

Gast
Naam: Roberto Roja
Plaats: Op het strand
Inventaris: /

Verbaast houdt Roberto zijn arm voor zijn ogen. Hij ligt op zand... ZAND?! beseft hij verschrikt. Langzaam keren een aantal herrineringen terug, het schip, de storm, de klap, het koude water, zwart... Niks meer. Hij heeft een zilte smaak op zijn lippen en een knagend gevoel in zijn buik. Hij staat op en kijk om zich heen. In de verte ziet hij aan de overkant van de baai een scheepswrak. En er is beweging op het strand, andere overlevenden? Roberto hoopt van wel.

Hij gaat op verkenning langs het strand richting de tenten die hij ziet staan. Hij vindt een kist die op het strand zit, maar op het moment dat hij deze wil opentrekken wordt hij tegengehouden door een andere overlevende die met een schorre stem iets brabbelt over de kapitein en gevaarlijk. Roberto besluit de kist nog even te laten wachten 'voor de goede vrede' en loopt verder naar het kamp.
 

Araluen

Manticore
Naam: Davion
Locatie: bos
Inventaris: -
Het water was ijskoud. Davion dreef meteen een eind bij het schip vandaan. Het water rukte aan zijn kleren en het lukte hem niet goed om adem te halen. Hij probeerde in een redelijke schoolslag verder te zwemmen, maar hij werd net zo hard vooruit als achteruit getrokken door de metershoge golven die hem continu het zicht tot het schip ontnamen. Plots kwam zijn voet tegen iets hards, maar hij was te ver heen om te schreeuwen. Tussen twee golven kwam een rots tevoorschijn, waar hij hard op neer kwam. Hij gaf zichzelf geen tijd om uit te rusten en keek wild om zich heen. In de verte zag hij een klein bootje met een lampje eraan. Zonder na te denken sprong hij door de golf die op het punt stond om over hem heen te storten en werd meegetrokken richting het bootje.
Zwaar heigend zwom Davion zo goed en zo kwaad als het ging verder. Hij verloor het bootje continu uit het oog, maar hij bleef doorzetten. Zijn slagen waren krachteloze armbewegingen en in zijn armen en benen zat behalve een aanhoudende pijn geen gevoel meer. Zijn hopeloze tocht duurde eindeloos. Davion had het idee dat zijn ogen dichtvielen, maar bleef doorzwemmen. Hij besefte niet dat hij het bootje al heel lang niet meer had gezien. Hij stopte, probeerde tot rust te komen, hij had het idee dat hij geen meter verder meer kon. Plots hoorde hij achter zich geschreeuw en toen hij zich omdraaide schoot er een grote schaduw over hem heen en voelde hij een harde klap tegen zijn hoofd komen.
Davion verloor het bewustzijn.

Hij werd wakker op het strand. Een paar andere mensen lagen of zaten al dan niet bij bewustzijn om hem heen. Hij zat daar maar, terwijl steeds meer mensen actiever werden. Sommigen gingen staan of rondjes lopen. Het drong niet tot hem door dat er geschreeuwd werd en hij liep verdoofd met de massa mee. Bij een soort kist kreeg hij eten in zijn handen gedrukt.
Later toen het weer nacht was lag bijna iedereen te slapen, maar niet Davion. Hij zat daar maar, het voelde alsof de zee zijn oogleden bewegeloos heeft gemaakt. Plotseling werd hij overvallen door woede en irritatie, waarom over kwam dit hèm? Hij sprong op en rende richting het woud. Daar eenmaal aangekomen gaf hij een schreeuw. Hij bleef rennen, niet beseffend dat de duizeling voor zijn ogen niet kwam door het licht achter hem. Zijn richterbeen begon pijn te doen. Plots kon hij nauwelijks zijn evenwicht bewaren en viel hij tegen een boom. Alles werd zwart.
En daar droomde hij zijn droom.
 

DeletedUser

Gast
Naam: Rodriques Nacho
Locatie: Strand --> Bos
Inventaris:/

Rodriques wordt wakker met barstende hoofdpijn. Wat is er gebeurd? Waar is hij en waar zijn alle anderen. dat zijn de vragen die in zijn hoofd zitten. Hij voelt aan zijn gezicht, gelukkig het masker zit er nog! Hij kijkt om zich heen en herinnert zich een aantal zaken. Hij was bezig met een dansvoorstelling en toen was er een knal en nu ligt hij hier. Hij kijkt om zich heen en ziet dat hij op een mooi wit strand ligt. De zon is al hoog in de lucht aan het stralen. Rodriques schat dat het ongeveer een uur of twee in de middag is. Hij kijkt om zich heen, links van hem ziet hij een kamp en rechts van hem iets in het zand liggen. Hij loopt er heen en merkt dat het een kist is. Op het moment dat hij de kist wil openen herinnert hij de woorden van de kapitein: Wees voorzichtig! Met die gedachte laat Rodriques de kist achterzich en vertrekt het bos in.

Oke wat is het plan?, vraagt hij zich af. '' Ga ik eerst mensen zoeken zodat we elkaar kunnen helpen, of ga ik een plek zoeken waar ik veilig kan overnachten?'' Hij kiest voor het eerste en loop wat rond in het bos. Na ene paar uur lopen ziet hij in de verte een gestalkte lopen. Hij twijfelt om er heen te gaan, maar bestluit het uiteindelijk om toch te doen...
 

Sanhal

3e plaats KonijnenSpelen 2013
Naam: James Turner
Locatie: Kamp 1
Inventaris: Niks, nada nakka.

Daar lag hij dan, in een kamp omringt door allemaal mensen die onder hem waren. En in plaats van hem te volgen of alles te doen om het voor hem gemakkelijker te maken, volgden ze die idioot van een James Rogan of Morgan of wat zijn naam ook was. Het kon hem niet schelen, de mensen zouden hem moeten volgen en niet een ouwe vent die niet eens een schip kan laten drijven. Want hij was degene die het meeste had verloren. Hij was degene die zijn geld kwijt was. Hij was degene die koste wat het kost van het eiland af zou komen, met of zonder hun hulp.

James sluit zijn ogen en denkt terug naar gisteren, de dag waarbij die ouwe vent een heel cruise schip wist te zinken, de dag dat hij alles verloor.
Hij was net uit zijn mooie kamer gekomen, het personeel wist misschien niet zo goed dat hij degene was die het belangrijkste was op dit schip en niet die ouwe vent maar ze waren goed genoeg. Ze zorgden voor zijn eten en drinken en dat zijn kamer mooi schoon was dus veel had hij niet te klagen. Tot op het moment dat het schip begon te deinen, steeds erger en erger tot zelfs de bemanning in paniek rond rende. James wist dat het mis was, als zelfs de kapitein met zijn staart tussen de benen van het schip af ging dan moest het wel heel erg zijn.
Gelukkig had rijk zijn zo zijn voordelen, zo had hij als één van de eersten een mooie reddingsvest, maar blijkbaar vonden de bemanningsleden en de andere mensen aan boord dat vrouwen en kinderen als eerste in de reddingsboten moesten.
Binnen enkele seconden was James in een boot, hij moest een paar vrouwen en kinderen overboord duwen maar gelukkig was hij veilig. En alhoewel de andere mensen in de boot hem minachtend aankeken wist hij dat hij het juiste had gedaan, want hij was de belangrijkste op de boot en hij moest het overleven.
Die reddingsboot had hij verlaten toen hij de kans kreeg, hij had een eiland gezien en hoopte dat daar mensen leefden, de vrouwen en kinderen die nog in de boot zaten moesten maar zien hoe ze aan land kwamen maar hij kon gelukkig zwemmen.

Die mensen had hij tot nu niet meer gezien, maar dat is niet erg, ze zullen hem waarschijnlijk de schuld geven als ze hem weer zien. Met een opgelucht hart dat hij die vrouwen niet meer had gezien sinds gisteren loopt James het kamp door, de kapitein was dood (Wat hij ook niet een heel klein beetje jammer vind) en hij had voor zijn dood nog net kunnen zeggen dat er een of andere gevaarlijke doos was die niet mocht worden geopend, maar daar had James niet veel aandacht voor, het was een cruise schip wat voor gevaarlijks kon daar aan boord zijn? Aangezien hun geweldige leider toch dood is besluit James om maar gelijk de leiding over te nemen, na een geweldige speech waardoor iedereen weet dat James de beste leider zal zijn loopt hij door naar het strand om een mooie doos te vinden om te openen, wat voor gevaarlijks kan daarin zitten?

Tijdens het lopen ziet James een doos liggen met daarachter een stuk van de boot, tegen zijn instincten in besluit hij om naar het wrak te gaan en niet naar de doos. Eenmaal bij het wrak aangekomen hoorde hij een zacht gesnurk, een andere overlevende lag daaronder.
Aangezien hij toch graag de leider van het kamp wil zijn is het soms goed om iets aardigs te doen, als de overlevende maar niet door heeft dat hij het voor zichzelf doet zou hij hem er zelfs in kunnen praten om hem te helpen om de leider te worden.
Na een paar grote houten planken te hebben weggeduwd kan James dan eindelijk zien wie eronder ligt. Voor een cruise schip schipbreukeling ziet hij er wel heel ondermaats uit, maar ja als hij hem kan helpen om de baas te worden moet het maar.
Dus maakt James de schipbreukeling wakker, hij stelt zich voor als James Turner en weet met grote moeite de neiging te onderdrukken om té geweldig te zijn. Hij is zo goed bezig met het worden van de leider dat hij niet eens de naam van de man die hij had gered hoort, alsof dat belangrijk is.

De man laat hij maar achter, hij bloed een beetje en zijn pak (wat er nog van over is) moet hij wel mooi houden.
Jammer genoeg was het wrak niet zo goed als dat James wilde maar gelukkig ligt de doos er nog steeds en dus opent James de doos net onder het wrak.
 

DeletedUser

Gast
Naam: Ethel Armytage - Ethel
Locatie: Kamp 1
Inventaris: Leeg

Kreunend staat Ethel vanop de grond recht. Haar hoofd bonst alsof het met een hamer bewerkt wordt. Waar ben ik? Wat is er gebeurd? Ze probeert haar herinneringen te doorspitten, maar merkt een groot gapend gat op vanaf ongeveer de vorige namiddag. Daarvoor had ze nog rustig met een goed boek in haar suite gezeten, en dan plots... alles zwart. Ethel herkent de tekenen die een switch gewoonlijk met zich meebrengt, maar bij haar weten waren er geen redenen geweest om een wisseling te ondergaan... alles was volledig kalm en rustig geweest, het was een van de weinige momenten wanneer ze oprecht gelukkig kon zijn.
Weifelend stelt het meisje zich recht en probeert ze haar kleren zo veel mogelijk glad te strijken. Ze mag dan niet ijdel zijn, blijft ze zichzelf maar voorhouden, toch kun je haar altijd in merkkledij gekleed vinden. Ze is nu eenmaal rijk, dan moet je niet echt op een cent kijken en speciaal goedkope kleren gaan kopen.
Ethel kijkt rond zich en ziet een jongeman bij een kist staan. De jongeheer draagt duur-uitziende kleren, hoewel ze een beetje door het zout aangetast zijn, en heeft een superieure houding. Ze besluit meteen om op hem af te stappen. Misschien dat hij wel meer weet over wat er met haar lichaam gebeurd was, aangezien ze geen idee heeft wie er rond haar was toen ze de blackout kreeg. Daarbij heeft ze echt geen idee hoe ze op deze vreemde plek, dit eiland, is terechtgekomen.

Als dit maar goed komt.
 

DeletedUser14965

Gast
Jammer genoeg was het wrak niet zo goed als dat James wilde maar gelukkig ligt de doos er nog steeds en dus opent James de doos net onder het wrak.

James ziet het krat liggen. Er staan verschillende merken op geprint, waaronder het logo van het cruiseschip, de tekst "krat 1/1" en een ander onbekend merk. Waarvan dat merk is, weet James niet, maar hij kan nog wel een paar letters lezen, die het woord 'circus' vormen. Zonder er te lang bij stil te staan opent hij het krat. Maar achteraf gezien had hij dat beter niet kunnen doen. Een woeste koningscobra, die zou worden gebruikt voor een opvoering op het schip, springt uit het krat en haalt uit naar James. Die weet gelukkig op tijd te ontwijken en weg te rennen, maar kan niet voorkomen dat de slang richting het kamp gaat.

In het kamp zit Arthur Coller, starend naar het vuur. Plotseling voelt hij een enorme steek in zijn hiel. Zijn blik vestigt hij op de plek waar hij de helse pijn voelt en ziet tot schrik een slang aan zijn been hangen! Hij probeert het beest tevergeefs weg te schoppen. Uiteindelijk laat de slang los en verdwijnt uit zijn zicht en gaat van het strand in het bos en laat Arthur beduusd achter. Even later komt James het kamp inrennen en ziet hoe Arthur lijkbleek op de grond ligt. Hulpeloos kijkt hij toe. Het is al te laat. Dankzij hem is er een eind aan het leven van Arthur gekomen.
 
Laatst bewerkt door een moderator:

DeletedUser

Gast
Naam: Dan Lewis
Locatie: Het kamp
Inventaris: Niks

Gisteren:
Toen Dan na enkele uren lopen eindelijk bij de plaats waar hij de rookpluim had gezien aankwam, zag hij dat daar de andere schipbreukelingen waren. Hij was gelukkig niet alleen! Daarna had hij zijn wonden laten verzorgen, voor zover dat ging met de beperkte middelen die in het kamp aanwezig waren, en daarna had hij het even rustig aan gedaan. Dan was geschokt door het kleine aantal overlevenden, maar misschien was dit niet iedereen. Hij hoopte van niet.

Vandaag:
Dan liep vanuit het kamp het strand over, niet richting het wrak, maar juist de andere kant op. Hij had even behoefte aan afzondering. Ook al had Dan heel veel tijd alleen gehad toen hij nog in zee was, kon Dan het niet opbrengen nog langer in de groep te blijven. Hij was niet iemand die graag in grote groepen was. Nu kon hij even weer rustig worden, genieten van het geluid van de golven. Toen hij zich omdraaide was het kamp nog maar een klein vlekje op de horizon. Hij was al redelijk ver verwijderd van het kamp. Hij liep nog een stukje door. Wat maakte hem het uit dat hij ver weg was van de groep. Wat kon hem gebeuren? Er springt heus niet ineens een leeuw in zijn nek. Toen zag hij het. Er lag iets een eind verderop. Toen hij het object was genaderd merkte hij dat het een doos was. Hmm, dat komt vast van het schip, dacht Dan. Dan opent de doos direct rechts van het kamp op de kaart.
 

DeletedUser14965

Gast
Dan opent de doos direct rechts van het kamp op de kaart.

Dan opent het krat en vindt daarin doorweekte kartonnen dozen, volgepakt met kleren die voor de voorraad voor de winkel op het cruise waren.
 
Laatst bewerkt door een moderator:

RabbidRobin

Ex-Teamleider Forum
Naam: Fabian de le Torteilla
Locatie: Bijhet schip.
Inventaris: Niets

Fabian voelt het licht op zijn oogleden vallen. Hij opent meteen zijn ogen en ziet nu boven hem een gedaante gebogen staan. De gedaante praat er maar op los, maar Fabian is net wakker en hoort er eigenlijk niets van. Hij ziet de gedaante nog lief glimlachen, en daarna loopt hij alweer weg. Vreemd. Hij kijkt om zich heen en kijkt naar de plek waar hij de afgelopen dagen lag te creperen. Enkele tellen later kwam de huidige situatie toch weer tot zijn besef toen een vreselijke honger hem in de maag stak. Hij probeert recht te staan, maar voelde dat zijn been nog zwaar is. Na vele omwentelingen, buigingen en draaien lukte het hem om iets later op een been te staan. Het andere been hangt er maar wat slapjes aan, de pijn was weggetrokken, maar veel gevoel was er toch niet in zijn been. Hij overziet het strand en een traan bungelde van zijn neus. Hij was niet alleen, hij glimlachtte, zoals alle moeilijke tijden had hij weer mensen die hem zouden steunen, die hij kon steunen en met wie hij samen door alles kon geraken. Hij zag hier en daar mensen, iets verder ook een kampvuur en verspreid over heel het strand stukken boot, vracht en andere delen. Hij zucht en begint dan maar langszaam te strompelen richting het kampvuur, de resten van hun ondergang achterlattende.
 

Araluen

Manticore
Naam: Davion
Locatie: bos
Inventaris: -

Davion schrikt op. Hij kijkt om zich heen en voelt aan zijn nog steeds kloppende hoofd. Voorzichtig kwomt hij overeind. Zijn knie deed ook nog pijn. Met zijn hand leunt hij tegen de bemoste boom waar hij een avond eerder tegen was gevallen. Besluiteloos hangt Davion wat rond. Zijn richtingsgevoel had hem in de steek gelaten en hij weet niet meer van welke kant hij was gekomen. Nu kijkt hij nog wat meer om zich heen, zoekend naar details die hij zich kon herinneren.
De hoge bomen met grote bladeren lijken allemaal op elkaar, en de grond, bezaait met planten, mos, dode bladeren en takken, die alles een donkere, maar gezellige sfeer geven waren niet veel meer verschillend. Een stukje verder naar beneden ziet Davion wel een stam van een dode boom die hij denkt te herkennen. Toch aarzelt hij nog. Hij besluit een stukje rond te lopen.
Na een tijdje komt Davion weer op hetzelfde punt aan. Hij is niet veel opgeschoten met zijn rondje. Weer kijkt hij naar de dode boom. En dan begint het te dagen: de boom staat een stukje verder naar beneden! Het is niet stijl, het valt niet eens gelijk op, maar het loopt wel degelijk naar beneden. In die richting moet het strand zijn. Davion loopt meteen enthousiast, maar wel half hinkend naar beneden. Het bos begint steeds meer open te worden en na 5 minuten denkt hij iets te herkennen. Dan hoort hij een tak knappen links van zich. Hij kijkt en ziet daar Rodriques staan.
 

DeletedUser

Gast
Naam: Rodriques Nacho
Locatie: Bos --> Grot
Inventaris: -

Rodriques ziet de gestalte (ja deze keer wel goed) hem naderen en vraagt zich af wie dat nou was. De persoon kwam steeds dichterbij, hij ziet een man met zwart haar, niet erg breed gespierd. Rodriques herinnert zich een man die bij de voorstelling van 2 dagen terug vooraan zat. Hij is het! die onderzoeker! Rodriques en de onderzoeker hadden op het schip al een klein praatje gemaakt, Hij herinnert zich dat hij Davion heet en hij erg veel zin had in een excursie.

Davion stond nu recht voor Rodriques en ze steken elkaar de hand toe. '' Jij bent de eerste persoon die ik hier zie'', zegt Rodriques.'' Weet jij of er nog andere overlevenden zijn of zijn wij de enige?'' Rodriques schudde zijn hoofd, laten we eerst even een plek vinden waar we eventueel kunnen overnachten voor we verder praten. Ik heb het koud en ik wil het liefste beschud zitten! Davion en Rodriques gaan samen dieper het bos in. Na een uurtje lopen heeft Rodriques toch ontzettende honger gekregen en besluit wat bessen te plukken, maar net op het moment dat hij ze wil eten slaat Davion de bessen uit zijn handen. '' Die bessen zijn giftig! Ik herken ze van een plek waar ik ooit bent geweest, ik kan me alleen niet herinneren waar.'' Met een lege maag lopen ze verder en opeens zien ze een paar rotsen op elkaar. Rodriques en Davion lopen er naar toe en ontdekken dat het een Grot is.

''We gaan hier kijken'', zegt Davion. Rodriques twijfelt, maar Davion is de Grot al ingelopen en Rodriques volgt.

Rodriques en Davion onderzoeken de Grot.
 
Status
Niet open voor verdere reacties.
Bovenaan