DeletedUser
Gast
De legende van Alka-Bras
Deel XXII
Deel XXIII
Deel XXIV
Deel XXII
Deel XXIII
Ramin hielp de koning van Jaä overeind te komen. Tahmores had hem bijna gedood en lag nu gewond op de grond. ,,Het gaat wel," zei hij bot tegen Ramin. Hij was dat hij verslagen was. Maar hij zat er nog meer over in dat zijn dochter Tahmores had laten gaan. Hij duwde zich van Ramin weg. Ramin, Jaä en Paä en liepen de trappen op, op naar de vijfde verdieping om het kristal te bewaken. Ze schoven de kast opzij en Jaä opende de deur. Ze liepen de gang door en kwamen bij het kristal, die blauw van angst kleurde. ,,We kunnen ze nooit allemaal aan," besefte prinses Jaä, ,,En als we ze nu kunnen stoppen, zullen ze terug komen, tot ze ooit het kristal in handen zullen krijgen." Ramin bedacht daarop een plan om zelf de kristal te verwoesten, de vrede terug te winnen en Shagiano te bevrijden. Maar dat zou ook niet werken. ,,Waarom kiest Adfectus nou weer zo een kwetsbaar materiaal om via te regeren?" vroeg Ramin vervolgens. Jaä keek naar het kristal. Het klopte. Het was iets heel kwetsbaars. Voor honderden jaren kon deze stad het beschermen door het bestaan geheim te houden. Nu het bestaan van het geen geheim meer was, leek het voor Jaä veel minder onaantastbaar. Plotseling viel haar blik op het zwaard van Ramin, die in discussie was met Paä over het kristal. Zij hoorde het niet, maar bedacht een plan ,,Ik weet hoe we het kristal veilig kunnen stellen!" riep ze enthousiast door het gesprek heen, ,,Je zei toch dat Adfectus jou vertelde dat geen enkel materiaal sterker was dan dit zwaard?"
,,Jaä, zelfs met zijn zwaard kunnen we ze nu niet meer stoppen," bracht Paä ertegenin.
,,Misschien wel, maar niet door te vechten," Ze glimlachte en Ramin begon haar plan te begrijpen, ,,Ik kan de kracht van het kristal overdragen naar jouw zwaard. Dan kan niemand het ooit meer vernietigen om zo zelf geweldig krachtig te worden."
,,Hoe wil je dat dan doen?" vroeg Ramin.
,,Ik had je toch verteld dat ik ook met Adfectus kan praten?" legde ze uit, ,,Zo heb ik ook meer speciale krachten. Ik vertel het nog wel een keer. Nu hebben we geen tijd te verliezen." Ze vroeg aan Ramin of hij het kristal terug wilde leggen op de vitrine en zijn zwaard aan haar wilde geven. Ze pakte het zwaard en legde het in haar armen, voor het kristal. Ze sloot haar ogen en fluisterde wat onverstaanbaars. Ramin hoorde toen de wind fluiten, terwijl er geen wind was. Er verscheen een kleine wolk boven het kristal, waarop het zijn kleur verloor. Alles leek in de lucht op te lossen, maar de wolk vond zijn weg naar het zwaard. Het zwaard werd blauw van kleur, maar veranderde snel naar groen. Jaä opende haar ogen. ,,Het is gelukt," zei ze. Ze gaf het zwaard aan Ramin. en stelde voor zich nu te verstoppen, om daarna de koning en zijn mannen in de val te laten lopen. Ramin vond het een mooi idee. Het drietal verstopte zich in een kamer op dezelfde verdieping en wachtte af. Ze hadden expres alles open laten staan, zodat de koning het kristal eerder zou vinden dan hun. Het werkte. Ramin had zich achter een bed verscholen, in een kamer aan de andere kant van de trap, en zag hoe de indringers de tunnel ingingen. Snel sprong hij over het bed heen en liep zachtjes langs de trap. Naast de geheime deur stak Ramin zijn paars wordende zwaard in de muur. Achter het dunne laagje behang was gewoon de rots te vinden waartegen het paleis gebouwd was. Alsof het karton was waar hij met een mes doorheen ging, sneed hij een stuk rots weg. Hij moest nu zien te bedenken hoe hij het eruit kon wrikken zonder zelf verpletterd te worden. ,,Ramin," hoorde hij een vrouwelijke stem fluisteren, ,,Ik heb wat hulp gevonden." Hij draaide zich om en zag dat Jaä een stuk of vijftien koninklijke wachters had verzameld. Ze hielden het rotsblok tegen, terwijl Ramin er met zijn zwaard onder begon te wrikken. Het lukte. Het stuk gesteente brak los en met behulp van de wachters schoof Ramin het voor de ingang. Hij kon nog snel de tunnel in kijken en zag het hoofd van de koning, die zich akelig benauwd voelde. Ramin stak zijn tong uit, net voordat de tunnel helemaal was afgesloten.
De wachters deden hun uiterste best om het rotsblok tegen te houden, waar aan de andere kant tegen wordt geduwd door forse soldaten van Alka-Bras. Jaä en Paä droegen hun steentje bij door te helpen met het versjouwen van kasten en meubels, om die voor het stuk rots te zetten. Ze bleven net zolang doorgaan tot er geen greintje beweging meer in de muur zat. ,,Nu moet hij het wel kunnen houden," hijgde Ramin en keek naar de enorme stapel die tegen de muur was gevestigd. Hij keek tevreden. Maar het was nog lang niet voorbij. Buiten was de strijd nog in volle gang. Nadat Paä hem daarop wees, greep Ramin zijn zwaard -dat nu emoties had- en stormde met de wachters naar beneden. Daar gingen ze het gevecht aan met de soldaten. Ramin zwaaide met zijn zwaard om zich heen. De hulpeloze soldaten van Palatii die zwaar in de minderheid waren, werden gered van het belagers. Bij het zien van Ramin kregen gelijk al moed. Hij joeg de invasie uit de muren, terwijl alle andere krijgers zich bij hem aan sluiten. De indringers trokken zich terug. Een machtige strijdkreet galmde door de stad en weerkaatste tegen de hoge muur. Met een grijns van oor tot oor keek Ramin de vijandige soldaten na, die zich terug trokken naar de schepen. Hij keek naar zijn zwaard. Die had alles gedaan. Gek genoeg kleurde het zwaard blauw. Ramin keek om zich heen, maar zag niks dat hem kon aanvallen. Plotseling dacht hij aan Jaä, die een sterke band met de god had. Ze was in gevaar!
,,Jaä, zelfs met zijn zwaard kunnen we ze nu niet meer stoppen," bracht Paä ertegenin.
,,Misschien wel, maar niet door te vechten," Ze glimlachte en Ramin begon haar plan te begrijpen, ,,Ik kan de kracht van het kristal overdragen naar jouw zwaard. Dan kan niemand het ooit meer vernietigen om zo zelf geweldig krachtig te worden."
,,Hoe wil je dat dan doen?" vroeg Ramin.
,,Ik had je toch verteld dat ik ook met Adfectus kan praten?" legde ze uit, ,,Zo heb ik ook meer speciale krachten. Ik vertel het nog wel een keer. Nu hebben we geen tijd te verliezen." Ze vroeg aan Ramin of hij het kristal terug wilde leggen op de vitrine en zijn zwaard aan haar wilde geven. Ze pakte het zwaard en legde het in haar armen, voor het kristal. Ze sloot haar ogen en fluisterde wat onverstaanbaars. Ramin hoorde toen de wind fluiten, terwijl er geen wind was. Er verscheen een kleine wolk boven het kristal, waarop het zijn kleur verloor. Alles leek in de lucht op te lossen, maar de wolk vond zijn weg naar het zwaard. Het zwaard werd blauw van kleur, maar veranderde snel naar groen. Jaä opende haar ogen. ,,Het is gelukt," zei ze. Ze gaf het zwaard aan Ramin. en stelde voor zich nu te verstoppen, om daarna de koning en zijn mannen in de val te laten lopen. Ramin vond het een mooi idee. Het drietal verstopte zich in een kamer op dezelfde verdieping en wachtte af. Ze hadden expres alles open laten staan, zodat de koning het kristal eerder zou vinden dan hun. Het werkte. Ramin had zich achter een bed verscholen, in een kamer aan de andere kant van de trap, en zag hoe de indringers de tunnel ingingen. Snel sprong hij over het bed heen en liep zachtjes langs de trap. Naast de geheime deur stak Ramin zijn paars wordende zwaard in de muur. Achter het dunne laagje behang was gewoon de rots te vinden waartegen het paleis gebouwd was. Alsof het karton was waar hij met een mes doorheen ging, sneed hij een stuk rots weg. Hij moest nu zien te bedenken hoe hij het eruit kon wrikken zonder zelf verpletterd te worden. ,,Ramin," hoorde hij een vrouwelijke stem fluisteren, ,,Ik heb wat hulp gevonden." Hij draaide zich om en zag dat Jaä een stuk of vijftien koninklijke wachters had verzameld. Ze hielden het rotsblok tegen, terwijl Ramin er met zijn zwaard onder begon te wrikken. Het lukte. Het stuk gesteente brak los en met behulp van de wachters schoof Ramin het voor de ingang. Hij kon nog snel de tunnel in kijken en zag het hoofd van de koning, die zich akelig benauwd voelde. Ramin stak zijn tong uit, net voordat de tunnel helemaal was afgesloten.
De wachters deden hun uiterste best om het rotsblok tegen te houden, waar aan de andere kant tegen wordt geduwd door forse soldaten van Alka-Bras. Jaä en Paä droegen hun steentje bij door te helpen met het versjouwen van kasten en meubels, om die voor het stuk rots te zetten. Ze bleven net zolang doorgaan tot er geen greintje beweging meer in de muur zat. ,,Nu moet hij het wel kunnen houden," hijgde Ramin en keek naar de enorme stapel die tegen de muur was gevestigd. Hij keek tevreden. Maar het was nog lang niet voorbij. Buiten was de strijd nog in volle gang. Nadat Paä hem daarop wees, greep Ramin zijn zwaard -dat nu emoties had- en stormde met de wachters naar beneden. Daar gingen ze het gevecht aan met de soldaten. Ramin zwaaide met zijn zwaard om zich heen. De hulpeloze soldaten van Palatii die zwaar in de minderheid waren, werden gered van het belagers. Bij het zien van Ramin kregen gelijk al moed. Hij joeg de invasie uit de muren, terwijl alle andere krijgers zich bij hem aan sluiten. De indringers trokken zich terug. Een machtige strijdkreet galmde door de stad en weerkaatste tegen de hoge muur. Met een grijns van oor tot oor keek Ramin de vijandige soldaten na, die zich terug trokken naar de schepen. Hij keek naar zijn zwaard. Die had alles gedaan. Gek genoeg kleurde het zwaard blauw. Ramin keek om zich heen, maar zag niks dat hem kon aanvallen. Plotseling dacht hij aan Jaä, die een sterke band met de god had. Ze was in gevaar!
Deel XXIV
Laatst bewerkt door een moderator: